Beroerte
Wanneer de beperking van de arm-/handfunctie veroorzaakt wordt door de gevolgen van een beroerte (CVA) is de aanpak van het oefenen geheel anders. De ergotherapeut zal dan kijken naar welke bewegingen nog niet mogelijk zijn en of er oedeemvorming (vochtophoping) is in de arm en/of hand en biedt dan een passend oefenprogramma aan. De middelen die daarbij gebruikt worden variëren van handtrainers of putty klei tot katrollen met gewichten of elastieken. Deze oefeningen helpen om bewegingen weer mogelijk te maken.
De vervolgstap is om de aangedane hand en/of arm weer zo veel mogelijk te gaan gebruiken in het dagelijks leven. Denk aan het openen van een melkpak of het smeren van brood. Het oefenen in de dagelijkse praktijk is erg effectief gebleken voor het blijvend verbeteren van de handfunctie na een beroerte.