Kinderen met diabetes moeten altijd rekening houden met hun ziekte. Dus ook op school. Hierbij moeten ze kunnen vertrouwen op begrip en begeleiding van hun docenten. Niet iedere docent heeft ervaring met een kind met diabetes, dus goede uitleg is belangrijk.

Wat is diabetes? 

Kinderen met diabetes hebben meestal diabetes type 1. Diabetes type 1 is een chronische auto-immuunziekte waarbij het immuunsysteem per ongeluk de cellen aanvalt die insuline produceren in de alvleesklier. Insuline is een hormoon dat nodig is om glucose uit voedsel in de bloedbaan op te nemen en naar de cellen te transporteren om als energiebron te dienen. 

Bij diabetes type 1 stopt de alvleesklier met het produceren van insuline, waardoor de bloedsuikerspiegel stijgt. Mensen met deze vorm van diabetes moeten dagelijks insuline-injecties of gebruik van een insulinepomp toedienen om hun bloedsuikerspiegel te reguleren. Diabetes type 1 wordt meestal vastgesteld op jonge leeftijd, meestal tijdens de kindertijd of adolescentie, maar het kan op elke leeftijd voorkomen. De exacte oorzaak is nog onbekend, maar genetische aanleg en omgevingsfactoren spelen waarschijnlijk een rol. 

Het beheer van diabetes type 1 vereist een zorgvuldige monitoring van de bloedsuikerspiegel, evenwichtige voeding, regelmatige lichaamsbeweging en het nauwlettend opvolgen van de voorgeschreven behandelingsplan. Het is een levenslange aandoening die dagelijkse aandacht en zelfzorg vereist om gezondheidscomplicaties op lange termijn te voorkomen.

Een kind met diabetes

Nederland telt naar schatting ongeveer 6.000 kinderen tot 18 jaar met diabetes. Kinderen hebben meestal diabetes type 1. Om diabetes type 1 te behandelen is insuline nodig. Insuline kan gegeven worden met spuitjes of een pomp.

Het is aan te raden de volgende producten altijd op school mee te hebben:

  • Bloedglucosemeter met teststrips.
  • Dextrose tabletten of zakjes vloeibare glucose-oplossing.
  • Apart verpakte, langer houdbare snack met koolhydraten.
  • Identiteitskaartje insulinegebruik, SOS plaatje.
  • Dagboekje met bloedglucosewaarden.

Misschien helpt het om diabetes voeding mee te geven naar school. Bekijk onze diabetes voeding hieronder:

Diabetes in de klas

Kinderen met diabetes zijn gewone kinderen net als alle andere leerlingen, maar er zijn wel een aantal zaken die geregeld moeten worden. Zo zal soms tijdens de les de bloedglucose moeten worden gemeten of insuline moeten worden gespoten. Verder zal een leerling met diabetes soms tijdens de les moeten eten, naar het toilet moeten of naar huis moeten bellen.

Het is afhankelijk van de leeftijd van het kind of het deze handelingen zelf kan doen of hierbij ondersteund moet worden. Maar ook als de leerling alles zelf al kan, is het belangrijk met de docenten te praten. Zodat ze weten wat allemaal invloed kan hebben op de bloedsuikerwaarden, afwijkend gedrag kunnen herkennen en weten wat ze moeten doen in onverwachte situaties, zoals bij een hypo (een te lage bloedsuikerspiegel).

Het is belangrijk om in de klas te praten over diabetes type 1, zodat kinderen met deze aandoening zich niet buitengesloten voelen. Door begrip en bewustzijn te creëren, kunnen klasgenoten beter ondersteunen en rekening houden met de specifieke behoeften van hun medeleerlingen met diabetes.